Wethouder Friso Douwstra verkiest nuchtere duurzaamheidskoers

De Leeuwarder CDA-wethouder Friso Douwstra draagt duurzaamheid een warm hart toe, mits realistisch benaderd. Haalbaarheid en betaalbaarheid vormen kernwoorden binnen zijn visie. Een gesprek over duurzame mobiliteit, fossielvrije brandstoffen en plannen voor de toekomst.

Wat heeft u persoonlijk met het thema duurzaamheid?
‘Rentmeesterschap is een beter woord dan duurzaamheid. We leven op een aarde waarvan ik geloof dat die geschapen is. Deze planeet moeten we onderhouden en nóg beter doorgeven aan nieuwe generaties. Die visie komt ook naar voren in mijn eigen leven. Dienstkilometers binnen Leeuwarden leg ik praktisch nooit per auto af. Dan pak ik liever de fiets of ga ik te voet. Mijn dienstauto – soms ontkom je hier niet aan – rijdt op groengas, een fossielvrije brandstof. Privé gebruik ik helaas nog een benzineauto. In verband met onze jonge kinderen thuis kunnen we moeilijk zonder. Ik sluit echter niet uit dat mijn vrouw en ik over vijf jaar geen auto meer hebben. Onze generatie gaat de grote vlucht van Mobility as a Service (MAAS) meemaken (mobiliteitsconcept waarbij men per reis de beste vervoersoplossing kiest, variërend van taxi tot deelfiets. Een eigen auto wordt hierdoor overbodig, red.).’

Hoe kijkt uw partij CDA tegen duurzaamheid aan?
‘Het mensbeeld van een CDA´er is dat je als mens altijd in relatie tot een ander leeft. Alles wat je doet, heeft een bepaald effect. Voor duurzaamheidsmaatregelen geldt hetzelfde. Het CDA beseft dit. Wij houden niet van half werk, maar pakken onze verantwoordelijkheid en zetten onze woorden om in daden. Belangrijk punt bij duurzaamheid: het moet haalbaar en betaalbaar zijn. De tijd van dromen is inmiddels voorbij, nu is het tijd voor de uitvoering. Het is makkelijk om te zeggen: binnen 5 jaar moet iedereen fossielvrij rijden. Maar wat betekent dat voor de kleine ondernemer? Die kan niet dertig mille betalen voor een nieuwe elektrische bedrijfswagen. Ergo: plannen klinken vaak fantastisch, maar het moet uitvoerbaar zijn. Doe je dat niet, roep je juist een averechts effect op. Wie blijft dromen, blijft alleen achter. Kijk reëel en praktisch, dan kom je in de positie om zaken te veranderen. Niemand – van links tot rechts – heeft alleen de wijsheid in pacht, je moet het samen doen.’

Duurzame mobiliteit is veel in het nieuws. Welke visie hanteert de gemeente Leeuwarden in de komende jaren bij dit dossier?
‘Leeuwarden heeft de ambitie uitgesproken investeringen te doen in duurzame mobiliteit. Eind februari 2019 presenteerden we als Werk Slim, Reis Slim (WSRS) – het mobiliteitsmanagementproject binnen Leeuwarden Vrij-Baan – een zestal slimme en duurzame mobiliteitsplannen. Ruim 60 bedrijven en organisaties waren toen aanwezig om zich te laten inspireren. In de periode 2018-2021 wil WSRS het volgende realiseren: Leeuwarden laten uitverkiezen tot Fietsstad nummer 1 van Nederland in 2022, de fiets beter combineren met Openbaar Vervoer, investeren in intelligente transportsystemen (‘Talking Traffic’), duurzame stadsdistributie bevorderen, bedrijven stimuleren om maatregelen te nemen op het gebied van emissievrije mobiliteit en een vervolgeditie Elfwegentocht 2020.’

Zoekt u hierbij de verbinding met andere partijen in het Noorden?
‘Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, Provincie Fryslân, gemeente Leeuwarden en VNO-NCW MKB-Noord werken samen onder de naam WSRS aan de slimme en duurzame mobiliteitsmaatregelen in Leeuwarden-Fryslân. Deze samenwerking wordt uitgebreid naar geheel Noord-Nederland met de extra partners Drenthe en Groningen en de gemeenten Assen, Emmen en Groningen. Leeuwarden is initiatiefnemer en trekker van deze samenwerking. Zelf fungeer ik als voorzitter van de bijbehorende mobiliteitstafel. Onze samenwerking is niet alleen voor Leeuwarden-Fryslân een belangrijke stap, maar voor heel Noord-Nederland. Hierdoor kunnen uiterlijk 2035 alle voorwaarden aanwezig zijn om de mobiliteit in het Noorden volledig emissievrij te maken.’

De Freonen fan Fossylfrij Fryslân proberen verduurzaming binnen de provincie Fryslân te stimuleren. Hoe kijkt u hiernaar?
‘De Freonen vervullen een aanjaagfunctie en zijn een soort positieve luis in de pels. Jullie zetten een stip op de horizon en dat hebben we nodig. Durf als Freonen echter ook kritisch in de spiegel te kijken. Als over vijf jaar blijkt dat een bepaalde duurzame brandstof achterhaald is, moet je zo groot zijn dit toe te geven. Realisme is belangrijk binnen het duurzaamheidsdossier. Je moet aan echte oplossingen werken. Daarbij denk ik niet aan een symboolmaatregel als de vliegtaks. Een extra geldbedrag bovenop de ticketprijs, dat vervolgens doodleuk in de schatkist verdwijnt. Het zou pas echt van lef getuigen als je zegt: wij gebruiken als Nederland dit extra tientje om een innovatieve, schone vliegtuigmotor te ontwikkelen. Gebruik het geld van zo’n taks voor innovatie op duurzaamheidsgebied. Waarom moeten we allemaal het vliegtuig uit? Het probleem is die smerige motor, pak dát probleem aan. Innovatie kun je vervolgens koppelen aan onderwijs, wat vervolgens weer voor toekomstige arbeid zorgt. Zo maak je de cirkel rond.’

De Elfwegentocht – een groot Freonen-project – keert volgend jaar terug. Een goede zaak wat u betreft?
‘Ik wil dat de Elfwegentocht in 2020 breder landt en niet alleen een feestje is. Vorig jaar was het een succes, maar het project kan dieper wortelen in de samenleving. Volgend jaar vindt de Elfwegentocht daarom niet alleen in Fryslân plaats, maar ook in Groningen en Drenthe. Zo betrekken we het hele Noorden bij dit initiatief en laten we zien dat duurzame mobiliteit blijvend op de agenda staat. Leeuwarden speelt hierbinnen meerdere rollen. Aan de ene kant doen wij mee om te laten zien dat het ons menens is, aan de andere kant fungeren we als penvoerder richting het Rijk. Als Leeuwarder wethouder probeer ik tussen mijn portefeuilles – in dit geval met name Verkeer & vervoer en Economische Zaken – koppelingen te maken om de Elfwegentocht 2020 vooruit te helpen.’

Veel duurzame brandstoffen passeren de afgelopen jaren de revue. Welke spreekt u het meeste aan?
‘Het college – en ik als wethouder – hebben geen voorkeur voor bepaalde duurzame brandstoffen. Misschien ontdekken we over 5 jaar wel dé ideale brandstof, die we nu nog niet kennen. Daarom sta ik er nuchter in. Bij elektrisch vervoer, tegenwoordig veel in het nieuws, zijn bijvoorbeeld kanttekeningen te plaatsen. Wie zegt mij dat elektrische mobiliteit nu echt zo goed is? Ik zeg niet dat het slecht is, maar durf er wel vraagtekens bij te plaatsen. Dat gebeurt wel eens te weinig. Het elektriciteitsgebruik neemt enorm toe, dit moet opgewekt worden: geen kleine opgave. Qua uitstoot is elektrisch vervoer natuurlijk wel vele malen beter dan benzine- en dieselvoertuigen. Aan iedere brandstof kleven kortom voor- en nadelen. Daarom moeten we de oplossing zoeken in een mix van brandstoffen. Pin je niet teveel vast op één soort, dan word je kwetsbaar.’

(Tekst: Richard Tjalsma)
(©foto: Hoge Noorden / Jacob van Essen
foto dd 08-10-2018)